‘Leert meneer ook voor dominee’? Herinneringen aan de zomercollecte

De brief over de zomercollecte riep vele herinneringen wakker. Ik vind het leuk om er wat over te schrijven. Zelf ben ik verschillende keren voor ‘Nieuw Ruimzicht’ op pad geweest.

De eerste keer in 1964, dan heb ik het dus over 55 jaar geleden. Ik moest nog aan mijn vooropleiding beginnen, maar er was nog ‘een streek’ (zo werd dat genoemd) over. Of ik dus maar op pad wilde gaan. Het was de streek ‘Zaltbommel’ die zich uitstrekte van deze stad tot de kop van ‘t Land bij Dordrecht. Deze reis bracht me in Werkendam, de plaats waar ik later 15 jaar lang zou dienst doen.

Vooraf werd de folder verstuurd en verder was het zoeken naar de juiste adressen, zonder tom-tom en zo. We hadden een klein, langwerpig schriftje en zo haalden we de guldens en rijksdaalders op. Soms een tientje. Bijna niemand was afwezig, de vacantie was dus geen probleem.

In de vijf jaren er na waren er de diverse reizen: een paar keer naar Steenwijk en omgeving en ook een aantal keren naar Alkmaar. Ik was afkomstig van Flakkee, dus lag het voor de hand dat ik het eiland rondfietste, zo ook de Hoekse Waard, Schouwen-Duiveland, het eiland Tholen en de stad Rotterdam. Ook tijdens mijn studietijd gingen deze collectereizen dus gewoon door.

Er waren vele leuke herinneringen. De logeerpartijen bij een dominee in de regio, het adres in Nijeveen, waar twee jaar achtereen dezelfde hond mijn jas kapot beet, de ontdekking van de gehuchtjes Muggebeet en Nederland. Het was echt nog de tijd (vooral rond Steenwijk) van de eenvoudige mensjes, die al jaren hun gift gaven en met een zekere eerbied vroegen: ‘Leert meneer ook voor dominee?’ Ja dus en daarmee stond je meteen op een voetstuk. 20 jaar oud! Maar die eenvoudige mensen hadden nog iets van het ideaal van Ds Van Dijk – soms onroerend.

Zo fietste je rond, soms met prachtig weer, soms door de regenbuien heen. Je leerde andere streken kennen, een ander type mensen, soms ook gemeenten met hun spanningen en verdeeldheid. In Tholen kam ik bij mensen van de pas gestichte deelgemeente, die hun boosheid uitten over ‘de bonders daar’. Ze wisten natuurlijk niet, dat ik ook een ‘bonder’ was, ik luisterde dus zeer geïnteresseerd. En zo zouden er vele dingen aan toe te voegen zijn.

Van de opbrengst kregen we –naar ik meen- 10%. Een welkome vacantie-verdienste.

Dat is allemaal anders geworden. Nu zijn heel veel mensen met vacantie, de studenten evenzeer. De collectereis zal nu weinig zin meer hebben. En de tijd is ook heel anders geworden. Er reizen geen ‘jonge heren’ meer naar eenvoudige moedertjes, die opkijken tegen die ‘mijnheer, die dominee gaat worden’. Dat past niet meer bij deze tijd. Nu werken we alles ‘online’ af. Zelfs zijn we de acceptgirokaart voorbij. Toen ik voor het eerst op pad ging, was ik bijna 18, nu sta ik ‘aan de andere kant’. Laatst wandelde ik met mijn vrouw rond de gebouwen van Bartimeus, boordevol herinneringen aan ons ‘Nieuw Ruimzicht’, waar ik zo’n bijzondere tijd beleefde onder de hoede van onze onvergetelijke ‘juffrouw’ Alderkamp.

Ds. W. Arkeraats